Oktober trui

De October-trui wordt van boven naar beneden gebreid in tricotsteek. Brei eerst heen en weer op de naald om de halslijn te vormen, en verzamel dan het werk zo dat de rest van de pas rond de rondbreinaald wordt gebreid met raglanopeningen. Mouwen en lijf zijn afgewerkt met brede geribde randen in dubbele rib. De geribbelde rand van de hals is aan het uiteinde gebreid en dubbel gelegd.

De October trui is een oversized model; neem een maat kleiner als je een minder oversized pasvorm wilt.

Maattabel

De trui van oktober zou wat beweging moeten hebben (positief gemak) van ca. 30 cm ten opzichte van uw borstomvang. De pasvorm is oversized. Als je een minder oversized look wilt, kun je een maat kleiner nemen. De maten XXS (XS) S (M) L (XL) 2XL (3XL) 4XL (5XL) komen overeen met een borstomvang gemeten op het eigen lichaam van 75-80 (80-85) 85-90 (90-95) 95 -100 (100-110) 110-120 (120-130) 130-140 (140-150) cm. De afmetingen van de voltooide trui staan op de voorkant van het patroon. Meet jezelf op voordat je begint met breien om te bepalen welke maat het beste bij je past. Meet je bijvoorbeeld een omtrek van 90 cm rond de borst (of het breedste deel van je lichaam), dan brei je maat S. Een trui in maat S heeft een overmaat van 120 cm en biedt in het genoemde voorbeeld bewegingsruimte (positief gemak) van 30 cm.

Maten: XXS (XS) S (M) L (XL) 2XL (3XL) 4XL (5XL)

Overmaats: 111 (116) 120 (126) 130 (139) 149 (158) 168 (177) cm

Lengte: 65 (69) 70 (71) 72 (73) 74 (75) 76 (77) cm gemeten middenachter incl. halslijn

Breisterkte: 21 steken x 28 naalden in tricotsteek op naalden 4 mm = 10 x 10 cm

Geleidestokken: Rondbreinaald 3 mm (40 cm), 3,5 mm en 4 mm (40, 60, 80 en/of 100 cm), breinaalden zonder knop 3,5 mm en 4 mm

materialen: 250 (250) 250-300 (300) 300 (350) 400 (450) 450-500 (500) g Tvinni van Isager-garen (50 g = 255 m) samen breien met 150 (175) 175-200 (200) 200 (200-225) 250 (275) 275-300 (300) g Zijdemohair van Isager-garen (25 g = 212 m)